Fiscaal misbruik ≠ successieplanning

Wat is het verschil tussen successieplanning en fiscaal misbruik?

In de programmawet van 29 maart 2012 wordt bijzondere aandacht besteed aan anti-misbruikbepalingen.

Bepaalde constructies inzake successieplanning, die uitsluitend als motief hebben de erfbelasting en/of schenkbelastingn te ontwijken, werden voorheen aanvaard, maar worden als gevolg van deze programmawet niet langer aanvaard.

De belastingsplichtige moet zelf bewijzen dat zijn rechtshandelingen door andere motieven verantwoord kunnen worden, en niet (alleen) het ontwijken van dergelijke belastingen tot doel hebben.

Slaagt de belastingplichtige er niet in om dit tegenbewijs te leveren, dan is de rechtshandeling die hij heeft gesteld, niet tegenstelbaar aan de fiscus.
De fiscus kan dan de verrichting van de belastingplichtige aan een belastingheffing onderwerpen in overeenstemming met het doel van de wet alsof deze rechtshandelingen niet zouden hebben plaatsgevonden.

Belangrijk om te weten

Of er sprake is van al dan niet fiscaal misbruik zal geval per geval dienen te worden beoordeeld.

In de circulaire van de Federale Overheidsdienst dd.19/07/2012 werd wel een lijst opgenomen van handelingen die toegelaten zijn en die niet zullen worden beschouwd als fiscaal misbruik, voor zover ze geen deel uitmaken van bepaalde gecombineerde constructies.

Daarnaast heeft VLABEL (Vlaamse Belastingdienst) een reeks van Standpunten gepubliceerd ter verduidelijking.
Deze worden op regelmatige basis aangepast of aangevuld.

Overzicht van handelingen die als fiscaal misbruik kunnen worden beschouwd

Op deze lijst worden een aantal meer complexe technieken van successieplanning weergegeven die voorheen werden aanvaard door de belastingadministratie maar binnen de huidige wetgeving kunnen worden beschouwd als een fiscaal misbruik.

  • Eenzijdige verblijvingsbedingen zoals de ‘sterfhuisconstructie’.
  • Gesplitste aankoop blote eigendom-vruchtgebruik indien de blote eigenaar niet kan aantonen dat de gelden afkomstig waren van de blote eigenaar zelf en deze er vrij kon over beschikken.
  • Erfpachtconstructie
  • Inbreng van goederen in de huwelijksgemeenschap, gevolgd door schenking door beide echtgenoten, waarbij eenheid van opzet aanwezig is.
  • Uitbreng uit de huwelijksgemeenschap van roerende goederen, gevolgd door een wederzijds schenking onder echtgenoten, met ontbindende voorwaarde bij vooroverlijden.
  • Ik-opa-testament waarbij de grootouder zijn kinderen aanduidt als algemene legataris waarbij aan het legaat een last verbonden is om een schuld jegens hun eigen kinderen te erkennen.